Opinie

Berooft Google mensen van zijn denkkracht? Lijkt mij wat overdreven

Wat doet het internet met ons denkvermogen? Die vraag houdt velen al jaren bezig en terecht: de invloed van digitale media op ons leven lijkt groot te zijn. Gelukkig is er al een aardig aantal wetenschappers dat hier onderzoek naar doet. Helaas worden de uitkomsten van hun onderzoek maar al te vaak gekaapt, gesimplificeerd en met een alarmerende kop in de krant gezet.

Publicist Hans Schnitzler schreef in de Volkskrant van 21 juli 2011 over het onderzoek naar geheugengebruik dat onlangs in tijdschrift Science werd gepubliceerd. Onderzoeker Betsy Sparrow kwam er achter dat deelnemers aan haar experiment, die bepaalde feiten mochten opslaan op de computer, beter wisten in welk mapje de informatie stond, dan wat die feiten waren. Zoals Schnitzler schreef:

‘We onthouden nog wel, maar dan vooral wáár we iets hebben gelezen en niet zozeer wát we hebben gelezen.’

Schnitzler maakt zich zorgen dat Google voortaan bepaalt wat wij onthouden, omdat Google zoekresultaten biedt die toegespitst zijn op het profiel van de gebruiker.

Als inwoner van Amsterdam zal ik bij de zoekterm ‘Ajax’ eerder bij de website van de voetbalclub uitkomen, terwijl iemand met aantoonbare interesse voor schoonmaakmiddelen vermoedelijk een ander zoekresultaat krijgt. Prima. Zorgwekkender is het als mensen alleen maar websites te zien krijgen die hun gelijk bevestigen en niet meer worden geconfronteerd met alternatieve ideeën. Dit ‘kleiner worden’ van onze digitale wereld leidt er volgens auteur Eli Pariser toe dat iedereen in zijn eigen ‘Filter Bubble’ leeft. Voor Schnitzler is deze ontwikkeling reden om aan de alarmbel te trekken:

‘…Google [onthoudt] waar onze belangstelling naar uitgaat. Daarmee wordt ‘kennis’, zeker voor de wat minder kritische surfer, in hoge mate manipuleerbaar.’

Afgezien van dat nog maar weinig empirisch bewijs aantoont dat het internet leidt tot een vernauwde horizon: alsof het vroeger allemaal beter was. Kennis is altijd al manipuleerbaar geweest. Lange tijd, vooral voor de boekdrukkunst, bepaalde de kerk wat het gewone volk wist. Tijdens de verzuiling zagen de Volkskrant-lezers de wereld door het prisma van de KVP en wisten communistische families niet beter dan dat De Waarheid de waarheid vertelde. Juist door toegang tot het internet is de mogelijkheid om te leren voor de wereldbevolking gegroeid. De bevolking van landen met een autoritaire leider zijn maar wat blij met Google. En inwoners van ontwikkelingslanden kunnen in cybercafés, en in toenemende mate op hun mobieltje, toegang krijgen tot bijna een onbeperkte hoeveelheid kennis.

Onderzoeker Sparrow maakt zich zelf geen zorgen. In interviews zei ze: ‘Ik denk niet dat Google ons dom maakt. We veranderen alleen de manier waarop we ons dingen herinneren.’

“I don’t think Google is making us stupid – we’re just changing the way that we’re remembering things… If you can find stuff online even while you’re walking down the street these days, then the skill to have, the thing to remember, is where to go to find the information. It’s just like it would be with people – the skill to have is to remember who to go see about [particular topics].”

Dat Google de mens van zijn denkkracht berooft, zoals Schnitzler beweert, lijkt me dan ook enigszins overdreven. Vooralsnog lijkt het iets te vroeg om te zeggen of het internet, dat nog geen twintig jaar geleden door het grote publiek werd omarmd, een positieve dan wel negatieve invloed heeft op ons denken.

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s