Boekrecensie, Internet & economie, NRC Handelsblad

Het recht op ongelimiteerd plukken

Boekrecensie Philippe Aigrain - Sharing
Boekrecensie Philippe Aigrain - Sharing

Vroeger waren wij de hippe creatievelingen, maar nu zijn we de bad guys, verzuchtte een documentairemaakster onlangs op een conferentie over auteursrechten in Den Haag. Veel artiesten als zij zitten in een spagaat. Ze maken zich zorgen over hoe ze betaald zullen worden voor hun werk in een wereld waarin meer en meer mensen opgroeien met het idee dat cultuur gratis van internet is te halen. Tegelijk willen ze geen oorlog tegen hun eigen publiek voeren.

Philippe Aigrain denkt de oplossing te hebben. In het boek Sharing (gratis te downloaden) zet hij uiteen hoe zijn plan zou werken en hoe het gefinancierd zou kunnen worden. Het idee komt er op neer dat het zonder winstoogmerk delen van digitale bestanden (muziek, films, boeken) moet worden geaccepteerd als een recht. In ruil daarvoor betaalt de internetgebruiker een maandelijkse bijdrage die vervolgens onder de artiesten zal worden herverdeeld. Deze ‘creatieve contributie’ zal volgens zijn berekening rond de vier euro per maand per huishouden bedragen.

Aigrain besteedt veel aandacht aan die berekening, waarschijnlijk omdat hij artiesten wil overtuigen dat ze er niet op achteruit gaan. Wat mist, is het sociaal-culturele argument. De auteur stipt het belang van toegang tot cultuur af en toe wel aan, maar het boek zou sterker zijn geworden met een hoofdstuk over waarom het delen van culturele uitingen eigenlijk een (mensen)recht zou moeten zijn. Wel wijst Aigrain op de vermenging van publiek en makers: het publiek kan sinds de komst van YouTube en blogs zelf ook publiceren. De vraag is wie daar eventueel voor beloond moet worden. Met zijn voorstel wil Aigrain de beste amateurs dan ook belonen en geld vrijmaken voor projecten die veel tijd nodig hebben (zoals onderzoeksjournalistiek).

Het boek is zowel bedoeld voor aanhangers van ‘internetvrijheid’ als voor mensen die piraterij beschouwen als een doodzonde. Toch lukt het Aigrain niet om te verhullen aan welke kant hij staat. Als mede-oprichter van de Franse internetlobbygroep ‘La Quadrature du Net’ strijdt Aigrain al langer tegen „repressie en hersenspoelen van consumenten” door de entertainmentindustrie. Het zijn vooral de organisaties die traditioneel tussen de artiest en de consument zaten (platenmaatschappijen, auteursrechtenorganisaties) die volgens Aigrain hopeloos aan een verouderd model proberen vast te houden.

Dit leidt tot steeds draconischer maatregelen, vreest de auteur. Als je eenmaal de infrastructuur op zet om websites te blokkeren waar je muziek kunt downloaden, hoeft een minder democratische regering weinig moeite te doen om politieke tegengeluiden te filteren. Aigrain noemt de invloed van de tussenhandelaren op regeringsbeleid een „oorlog tegen piraterij”, waarmee ze het krediet van de consumenten aan het verspelen zijn. De protesten tegen een verdrag als ACTA, dat piraterij aan banden moet leggen, zijn daar een voorbeeld van.

Tegelijk zijn er ook berichten dat een repressieve aanpak van piraterij/bestanddeling werkt. De New York Times meldde vorige maand dat in Frankrijk de ‘three-strikes-wet’ effect lijkt te hebben. Een Franse downloader van auteursrechtelijk beschermd materiaal wordt, na drie keer betrapt te zijn, van internet geweerd. Volgens de krant zijn de digitale verkopen van muziek sinds de invoering van deze wet in Frankrijk gestegen.

Het is niet bewezen dat de strenge wet daar de oorzaak van is, maar ongetwijfeld zal de ontwikkeling door het antipiraterij-kamp als argument voor strenge regels worden gebruikt. Om daar tegen in te gaan zal Aigrain zijn sympathieke idee moeten versterken door uit te leggen waarom de mensheid het recht zou moeten hebben op ongelimiteerd ‘file sharing’.

Gepubliceerd op zaterdag 17 maart 2012 in NRC Handelsblad

Een gedachte over “Het recht op ongelimiteerd plukken”

  1. Bedankt voor de referentie.
    Ik wil opmerken dat elke vorm van gezond economisch handelen berust op het principe van delen. De mededeelzaamheid van het internet berust op de menselijke behoefte informatie uit te wisselen en is als zodanig een, hoewel niet meer inzichtelijke, cultuur.
    Een goed en verantwoordelijk artiest is doorgaans niet zo mededeelzaam. Wat het betreft gezond economisch handelen moet men het dan ook niet bij de kunsten en de cultuur zoeken, maar bij de economische theorievorming.
    Te jouwer informatie: ik studeer daar vooralsnog op. Het resultaat verwacht ik niet door een lading geld op mijn bankrekening te krijgen. Tegenwoordig krijg ik ook wel eens wat kas. De recette zullen we maar zeggen.

Plaats een reactie