Succes WikiLeaks kwam via papieren media
Rotterdam, 10 dec. Julian Assange kondigde het in april dit jaar al aan. De oprichter van website WikiLeaks vertelde in een telefoongesprek met deze krant dat belangrijke geheime documenten die op de site werden geplaatst, vaak niet door de mainstream media worden opgepikt. Natuurlijk, The New York Times, The Christian Science Monitor en The Guardian hadden allemaal wel eens verwezen naar documenten die op WikiLeaks waren gezet. Maar over het algemeen viel de media-aandacht tegen. Dat moest anders.
Acht maanden later kent iedereen de site. Hoe is de mediastrategie van WikiLeaks in de afgelopen jaren veranderd?
WikiLeaks is oorspronkelijk opgezet als „een Wikipedia die niet te censureren is, waarop documenten worden gelekt en geanalyseerd”. Het ‘wiki’ in de naam verwees niet toevallig naar Wikipedia, de online encyclopedie waar gebruikers zelf de lemma’s schrijven en bediscussiëren.
„Het idee was dat mensen met kennis van een bepaald onderwerp commentaar zouden geven op een gelekt document”, vertelt mediadeskundige Lisa Lynch van de Concordia Universiteit in Montreal. Lynch onderzocht eerder dit jaar de verhouding tussen WikiLeaks en onderzoeksjournalistiek. Die ‘wiki-strategie’ werkte af en toe, maar meestal kregen de documenten weinig reacties. Lynch: „Als een onthulling al werd besproken in de media, dan leidde dat niet tot veel bijdragen op de site.”.
Voor haar onderzoek, eind maart gepubliceerd, vroeg Lynch aan journalisten hoe zij WikiLeaks gebruiken. Sommigen stuitten bij toeval op de site, anderen kregen wel eens mailtjes van Assange met tips. Toch hadden medewerkers van WikiLeaks het idee dat de onthullingen te weinig media-aandacht genereerden.
De tactiek veranderde in april van dit jaar bij de publicatie van de video over een Amerikaanse helikopteraanval in Bagdad, waarbij burgers werden gedood. Er kwam voor het eerst een persconferentie en WikiLeaks gaf aanwijzingen waar kijkers op moesten letten. Lynch: „Dat was een breuk met de forensische stijl uit het verleden. WikiLeaks probeerde de video op een agressieve manier te framen.” De site kreeg kritiek dat het aan activisme deed omdat het niet alleen de beelden plaatste, maar er ook een opiniërende titel aan gaf: Collateral Murder. Assange verklaarde dat hij wil dat als iemand de eufemistische term ‘collateral damage’ hoort, hij meteen denkt aan het woord moord.
Het ‘succes’ van de Irakvideo kwam deels door de vorm: videobeelden doen het op tv beter dan dikke rapporten. Ook kostte dit lek redacties relatief weinig mankracht. In het gesprek in april noemde Assange dat een paradox: „Omdat de documenten op WikiLeaks voor alle media beschikbaar zijn, neemt een journalist een risico als hij veel tijd besteedt aan het ontcijferen ervan. De concurrent heeft het document namelijk ook”.
Daarom begon WikiLeaks ook samen te werken met traditionele media. Voor de publicatie van ruim 90.000 documenten over de oorlog in Afghanistan, in juli, werkte WikiLeaks samen met The Guardian, The New York Times en Der Spiegel. De kranten en het weekblad kregen onder embargo de stukken. Bij de publicatie van de Irakdocumenten werd ook Le Monde erbij gehaald. Het voordeel van de samenwerking met oude media is dat WikiLeaks gegarandeerd is van media-aandacht, en kan meeliften op hun reputatie en mankracht.
Wat WikiLeaks nu precies voor een organisatie is, vindt wetenschapper Lynch moeilijk te zeggen. De site is zowel activistischer als journalistieker geworden. Sommige Amerikaanse media vermijden de term ‘klokkenluiderssite’, omdat het woord klokkenluider een te positieve connotatie zou hebben. Lynch: „Interessanter dan wat WikiLeaks is, is wat het heeft voortgebracht. De scheidslijnen tussen guerrillamedia en neutrale pers worden troebeler.”
Peter Teffer
Gepubliceerd op 10 december 2010 in NRC Handelsblad